Effectief jongerenwerk 2010

1 april 2010

Deze notitie is gebaseerd op 15 afzonderlijke onderzoeken in het kader van het DoeMee-onderzoek Jongerenwerk. Dit onderzoek werd uitgevoerd in de periode januari 2009 – september 2009. Opdrachtgevers van dit onderzoek waren de rekenkamers van de volgende 15 gemeenten: Assen, Best, De Bilt, Delft, Heemskerk, Hoeksche Waard (gemeenten Binnenmaas, Cromstrijen, Korendijk, Oud-Beijerland, Strijen), Leiderdorp, Lelystad, Maassluis, Scheemda en Zwijndrecht.
DoeMee-onderzoek is een initiatief van Jacques Necker bv en zijn platform De Lokale Rekenkamer. Het biedt rekenkamers de gelegenheid om een afgebakend onderzoek in de eigen gemeente te vergelijken met andere deelnemende gemeenten.

Dit vijfde DoeMee-onderzoek stelde per gemeente de vraag:
“In hoeverre creëert de gemeente randvoorwaarden voor effectief jongerenwerk?”

De randvoorwaarden die uitgangspunt waren voor de kwalitatieve beoordeling van gemeenten waren: maatwerk, integrale aanpak en slagvaardigheid. De aanwezigheid van deze randvoorwaarden toetsten de onderzoekers op drie niveaus, namelijk die van beleid, organisatie en uitvoering.
Het onderzoek maakte naast een kwalitatieve ook een kwantitatieve analyse. Hiervoor maakten we gebruik van een zogenaamd Jeugd en Jongerenprofel. Dit profel, dat we opstelden in samenwerking met bureau ABF Research uit Delft, bevat 12 indicatoren die betrekking hebben op de jeugd- en jongerenpopulatie in de betreffende gemeente.

De volgende onderzoekers hebben dit DoeMee-onderzoek uitgevoerd: Reinier Dijkstra, Donovan Karamat Ali, Marleen Laverman, Bregje Mooren, Anja van de Westelaken, Evert Wolters (projectleider).